Aseksueel en demiseksueel: handig om te weten

21 november 2021

Van zowel klant als escortdame kunnen we de conclusie trekken: zij zijn niet aseksueel. We kunnen echter ook niet direct de conclusie trekken dat ze bij de tegenhanger horen: alloseksueel (dat je al klaarkomt als een vrouw een banaan eet, zeg maar). Toch komt aseksualiteit meer voor dan je denkt, maar voornamelijk in de ‘mildere’ variant: demiseksualiteit. Omdat er veel verkeerde ideeën over demiseksualiteit bestaan, is het goed je hierin eens te verdiepen.

Geen van de beide vormen van seksualiteit is inherent aan een seksuele geaardheid. Het is een individuele oriëntatie en kan dus net zo goed door een heteroseksueel persoon worden ervaren als een homoseksueel persoon. Wel zien we dat personen die a- of demiseksueel zijn, onder de zogeheten grijze A-paraplu vallen: voor hen is aantrekking en seks niet zo zwart-wit.

Aseksueel
Iemand die aseksueel is, in de kern van het woord, voelt nauwelijks seksuele behoefte. Niet met een partner, zelfs niet met zich-/haarzelf. Maar dat verandert niets aan de basis waarop een relatie wordt aangegaan, net zo goed als bij mensen die niet aseksueel zijn. Kortom: vertrouwen in elkaar, je veilig voelen, prettige communicatie en een klik hebben, zijn net zo goed belangrijk voor een aseksueel persoon.

Er bestaan geen stereotypen aseksuelen, dus is er ook geen lijst van opsommingen te geven waar iemand aan ‘voldoet’ als hij of zij aseksueel is, maar het is wel handig een aantal misstanden uit de wereld te helpen. Nogmaals: let op, dit verschilt per persoon!

Aseksuelen zijn niet tegen seks en kunnen ook van seks genieten, maar er is een groot verschil met iemand die seksueel opgewonden wordt van bijvoorbeeld een mooi lichaam. Voor aseksuelen betekent het vaak dat ze genieten van de relatie an sich, het bij elkaar zijn en ook van het iets geven aan hun partner dat veel voor ze betekent. In dit geval zou je dus een goed onderscheid kunnen maken tussen (seksuele) opwinding en (mentale) aantrekkingskracht.

Demiseksueel
Demiseksualiteit is een tak van aseksualiteit. Waar een seksueel persoon zonder al te veel moeite bij de eerste date het bed kan delen met iemand die hij/zij nog niet zo lang geleden via Tinder heeft ontmoet, is dat voor een persoon die demiseksualiteit ervaart niet het geval. Ook bij deze oriëntatie kunnen we natuurlijk niemand in een hokje plaatsen, maar voor demiseksuelen geldt dat er prima seksuele opwinding kan zijn, echter alleen wanneer er een zeer verfijnde klik is met de ander.

Je zou dus kunnen stellen dat demiseksuelen de neiging hebben om secundaire aantrekkingskracht te ervaren en niet primaire aantrekkingskracht. Primaire aantrekkingskracht heeft betrekking op uiterlijk en persoonlijkheid, terwijl secundaire aantrekkingskracht betrekking heeft op verbindingen, zoals hoe hecht mensen zijn of de banden die ze delen.

Demiseksualiteit heeft niets te maken met kieskeurig zijn, noch met een afkeur tegen seks, of een geschiedenis van (seksueel) misbruik – die klik is er wel of is er niet. Ook is demiseksualiteit, net als aseksualiteit overigens, géén medisch of psychisch probleem. Beschuldig iemand daar dan ook nooit van.

Hoewel de termen soms als paddenstoelen uit de grond lijken te schieten, is het eigenlijk geen verkeerde ontwikkeling. Het geeft ons een steeds beter beeld van de smaken van seksualiteit waar we allemaal mee te maken krijgen, bij onszelf of eventueel bij een partner. En dan is het juist goed te weten waarom iemand zich gedraagt zoals hij/zij zich gedraagt, zodat we kunnen begrijpen en respecteren.

Terug naar blog-overzicht